De regenboogvlag werd vandaag in top gehesen, door onder andere Huizer oud-tophockeyer Thijs de Greeff.
De regenboogvlag werd vandaag in top gehesen, door onder andere Huizer oud-tophockeyer Thijs de Greeff. Foto: Bob Awick

Coming Out Day: meer aandacht LHBTI+ in de sport

Mensen

HUIZEN - De gemeente Huizen heeft vanmiddag de regenboogvlag gehesen bij het gemeentehuis. Dit ter gelegenheid van Coming Out Day op 11 oktober. De dag waarop stil wordt gestaan bij het ‘uit de kast komen’ van onder andere mensen die niet heteroseksueel zijn. Deze keer stond dat moment in het teken van meer aandacht voor LHBTI+* in de sport.

“Iedereen moet zichzelf kunnen zijn, zich geaccepteerd en sociaal veilig voelen. Op school, op straat, op het werk, in de zorg, in de sport, in de eigen sociale kring of waar dan ook. De regenboogvlag symboliseert dit voor LHBTI’ers”, laat wethouder Maarten Hoelscher weten.

Tophockey
Bij het hijsen van de vlag werd hij deze keer geassisteerd door hockeyer Thijs de Greeff. Deze Huizer kwam nadat hij was gestopt met tophockey ‘uit de kast’ en zet zich nu in om het klimaat voor LHBTI+-sporters te verbeteren. “Het kwartje viel bij mij rond mijn twintigste. Ik heb het heel lang voor mijzelf gehouden. Ik wist het denk ik al 6 of 7 jaar, voordat ik het iemand durfde te vertellen.”

Maarten, zelf 4,5 jaar geleden ‘uit de kast’ gekomen omdat hij verliefd werd op een man, heeft als scheidsrechter een aantal wedstrijden gefloten van het team waar Thijs speelde. “Ik las het van Thijs pas later in de krant en had geen enkel vermoeden. Ik vindt het fijn dat hij zich nu inzet voor deze zaak en we samen de aftrap kunnen geven om meer aandacht in de sport te krijgen voor LHBTI+.”

Voor het eerst
Beide kunnen nog goed herinneren hoe het was om voor het eerst te vertellen dat zij op mannen vielen. “Doordat een huisgenoot van mij met hetzelfde probleem worstelde en daarover vertelde, werd het voor mij ook makkelijker. Hij heeft me later nog wel gevraagd hoe het ging. Dat was fijn. Pas nadat mijn vrienden en familie het wisten, heb ik het pas aan mijn hockeyteam vertelt”, vertelt Thijs.

“Ik was de eerste hockeyer die op hoog niveau speelde die er openlijk voor uitkwam. Hockey is een sport die heel wit en hetero-normatief is. Woorden als flikker, homo en mietje hoor je er vaak. Ik had het idee dat mensen het af zouden keuren als ik zou vertellen dat ik op mannen viel, dat ik afging. Later bleek dat niet zo te zijn, maar dat beeld had ik heel sterk. Ook vond ik het moeilijk om te vertellen, omdat ik het idee had dat ik had gelogen. Ik had me toch anders voorgedaan dan ik was.”

Gescholden
Maarten: “Voor mij was het anders. Ik was getrouwd en had kinderen. Toen werd ik verliefd op een man. Toen ik het mijn familie vertelde, was het eigenlijk niet zozeer dat ik het was, maar meer wanneer ik het zou vertellen. Mijn ouders leefden niet meer, maar ik herinner wel dat mijn moeder bij een film over homo’s wel eens heel nadrukkelijk had gezegd dat zij het niet erg vond.” Hij herkent als scheidsrechter wel het beeld dat er vaak gescholden wordt met woorden als flikker en homo.

Thijs: “Mensen staan er niet bij stil dat dit soort woorden pijnlijk zijn. Mij raken die worden me niet meer, maar zeker voor jongeren die nog ‘uit de kast’ moeten komen creëren die woorden geen fijne omgeving om zich te ontplooien. Daar stoor ik me aan. Een opmerking in VI International over een transgendervrouw in België heeft - dat hoorde ik van een vader - een jong meisje dat in hetzelfde proces zat heel veel verdriet gedaan. Die is weken van slag geweest.”

Afspiegeling
“Ik zou ook niet graag willen staan in de schoenen van de eerste betaald voetbal speler die ‘uit de kast komt’. Die gaat vast wat over zich heen krijgen. En die moet er toch wel zijn, als voetbal een afspiegeling van de bevolking is . Zo’n vijf tot zes procent van de bevolking is homoseksueel”, reageert Maarten.

“Of gaat een andere sport doen”, antwoord Thijs. “Een sport waar het makkelijker is om voor je geaardheid uit te komen. Ik denk dat heel veel talentvolle voetballers gewoon zijn gestopt om die reden.” Dat is dan ook de reden dat hij wil werken aan een sfeer binnen sportclubs en er voor wil zorgen dat iedereen zich daar thuisvoelt. Zelfs op het niveau van sportbonden moet het een onderwerp zijn.

Niet altijd makkelijk
“Vaak heb ik gehoord, ik wist het wel. Dan vroeg ik me wel eens, waarom heb je me dan niet geholpen of er naar gevraagd?” Hij begrijp dat dit wellicht ook niet altijd makkelijk is en wil daarom dat sportclubs er voor zorgen dat iemand er openlijk over kan zijn en praten.” Maarten: “Eigenlijk zou een bestuurslid verantwoordelijk moeten zijn voor diversiteit. De bonden kunnen dat voorbeeld geven.”

“Het zou ook fijn zijn als sportclubs op Coming Out Day ook een regenboogvlag hijsen en daar dan aandacht aan besteden binnen de club. Vorig jaar was HSV De Zuidvogels de eerste club die dat deed. Dan laat je zien dat je er open voor staat en dat is belangrijk.”

Gesprek
Thijs gaat zelf bij zijn eigen Huizer Hockey Club er nog het gesprek over aan. “Dat is tot nu toe nog niet gelukt. Het is moeilijk om iedereen op hetzelfde tijdstip bij elkaar te krijgen. Nu met corona is het ook lastig. Online is het anders en dan haakt een groot gedeelte af.”

Hij werkt al samen met de buurtsportcoaches en hoopt zo ook jongeren met een bi-culturele achtergrond te kunnen bereiken. “Ik ben er van overtuigd dat sport verbroeder. En als je mensen daar kunt laat zien dat dingen ook anders kunnen zijn, je heel ver kunt komen. Het is maar net wat mensen van huis uit gewend zijn.”

Zelfmoorden
In zijn voorlichtingswerk maakt Thijs dat ook vaak mee. “Je kan mensen niet over een kam scheren. Het is maatwerk.” Maarten: “Je zou willen dat het niet nodig is, maar dat is het wel. Onder jonge LHBTI+’ers is het aantal zelfmoorden drie keer zo hoog. Er is meer sprake van obesitas en drugsverslaving.”

“Er is dus wel wat aan de hand en het is nog niet de normaalste. zaak van de wereld. Je zou denken dat dit in Nederland wel zo zou moeten zijn, maar in plaats dat het meer geaccepteerd wordt, lijkt het juist wel of het minder is. Ik zelf loop ook niet zomaar hand in hand met mijn vriend.”

Veilige omgeving
Beiden zijn ze het er over eens dat een veilig omgeving bieden waar mensen over hun geaardheid kunnen praten van groot belang. Of dit nu thuis is bij de ouders of op de sportclub. “We gaan met de gemeente daar een goed inhoudelijk programma voor maken in samenwerking met de John Blankenstein Foundation en Sport Platform Huizen”, legt Maarten uit. Thijs zal daar als Expert Diversiteit en Inclusie ook een rol in spelen. Hoe? Dat zal de komende tijd duidelijk worden.

*LHBTI+ staat voor lesbisch, homoseksueel, biseksueel, transgender, interseksueel en andere vormen van seksuele geaardheid dan heteroseksueel of ander gender dan man of vrouw

Uit de krant