Voorzitter Lambert Kos van Bridgeclub ACOL speelt samen met zijn vrouw al vijftien jaar bridge.
Voorzitter Lambert Kos van Bridgeclub ACOL speelt samen met zijn vrouw al vijftien jaar bridge. Foto: Bob Awick

Voorzitter vijftien jaar geleden aangestoken door bridgevirus

HUIZEN - Het aantal leden dat bridgeclub ACOL telt, heeft altijd ruim boven de 200 gezeten. Daarmee zijn ze een van de grotere verenigingen in de regio. Een eigen gebouw heeft zo zijn voordelen. Maar liefst vier avonden per week en twee middagen kun je als bridgeliefhebber aanschuiven voor een potje kaarten en wat gezelligheid. Want dat laatste is voor veel leden toch het belangrijkste.

Want hoe ingewikkeld het spelletje ook is, de meeste bridgers komen ook gewoon voor de gezelligheid en de sociale contacten. Dat geldt ook voor Lambert Kos. Hij is al jaren actief betrokken bij de vereniging: als speler en penningmeester en sinds vorige jaar oktober hanteert hij de voorzittershamer. Hij plaatst zichzelf ergens halverwege de meetlat, een gemiddelde bridger.

Zo'n vijftien jaar geleden werden Kos en zijn vrouw aangestoken door het bridgevirus. "Mijn vrouw en ik vonden kaarten altijd al leuk en vrienden van ons speelden bridge." Ze spelen vooral voor de gezelligheid.

Eerst lessen
Wie wil starten met bridgen en het een beetje serieus aanpakt gaat op les. Althans, dat raadt Kos aan. Zelf deden ze het ook. "We zijn eerst keurig op les gegaan, bij de club zelf. Daar hebben we een gediplomeerd bridgedocente", zegt de bescheiden bridger. Maar met een paar lessen volgen ben je er niet, blijkt. Met een beginnerscursus van twee keer twaalf avonden en een vervolgcursus die ook twee keer twaalf avonden in beslag neemt ben je er wel een tijdje zoet mee. En dan begint het pas. Dan kun je je wagen aan de onderlinge competitie op een bridgeclub. "Natuurlijk doen we ook mee met de competitie en dan probeer je het maximale eruit te halen", klinkt het strijdlustig.

Routine
"Naarmate je routine krijgt gaat het steeds beter", benadrukt de voorzitter nog maar eens een keer. De basis moet uiteraard wel goed zijn. Die bestaat uit een goede beheersing van de theorie, waar ook de afspraken die je onderling als partners mag maken onder vallen. Om eventuele geïnteresseerden niet direct te ontmoedigen nuanceert hij de moeilijkheidsgraad: "Het is natuurlijk wel een denksport en ja, het is een ingewikkeld spelletje. Je moet veel onthouden, maar het is echt niet zo moeilijk als veel mensen denken. Als je de theorie eenmaal verworven hebt dan verleer je het niet, ook al zou je een tijdje stoppen. Het is eigenlijk net als fietsen, dat verleer je ook niet."

Geheimzinnigheid
Naast de vermeende moeilijkheidsgraad is er ook de geheimzinnigheid rondom afspraken die je met je partner kunt maken. Er zijn standaardafspraken en de afspraken die je los daarvan nog met je partner maakt, kunnen daarvan afwijken. Maar niets gaat 'onder tafel'. Ook de afspraken die je met je partner maakt moet je kenbaar maken aan je tegenstanders. Geen geheimzinnig gedoe met seinen dus.

De vereniging heeft de beschikking over een eigen gebouw

Eerlijke sport
"Het is een eerlijke sport", aldus Kos. "Communiceren doe je met je kaarten en dat terwijl dat zonder kaarten al lastig is", grinnikt de voorzitter. "Oké, je moet je kaarten dus laten praten. Dat doe je door het neerleggen van de kaarten op zodanige wijze dat je partner weet waar je naartoe wilt. En dan is het zaak dat de tegenstanders daar niet de vinger op kunnen leggen."

Imago
Bridge heeft natuurlijk wel een beetje het imago van een spelletje dat vooral door ouderen wordt gespeeld. "En dat beeld klopt ook wel", beaamt Kos. Bij zijn eigen club is het jongste lid vijftig en de oudste speler is 93. Toch wordt het ook door jongeren en studenten gespeeld, maar dan vooral in universiteitssteden. "Maar de meeste mensen stoppen ermee als ze gaan werken en een gezin stichten. Dan hebben ze minder tijd", weet Kos. Vaak keren ze dan terug aan tafel als ze de vijftig gepasseerd zijn.

Les op school
De Huizense vereniging heeft wel een troef in handen. Een van de leden is docent aan het Erfgooierscollege en geeft op school ook bridgeles. Zo hebben ze iets meer kans op jonge instroom.