Omdat rook omhoog gaat, knielen de brandweermensen om goed zicht te krijgen op de situatie. Links kijkt de waarnemer toe.
Omdat rook omhoog gaat, knielen de brandweermensen om goed zicht te krijgen op de situatie. Links kijkt de waarnemer toe. Foto's: Bob Awick

Vrijwillig bij de brandweer
betekent
hard werken

Elke vrijdagavond, behalve tijdens de 'grote vakantie', verzamelen even voor half acht 's avonds de vrijwilligers van Brandweer Huizen zich in de kantine van de brandweerkazerne. Nadat postcoördinator Fred Kos kort wat belangrijke mededelingen heeft gedaan, is het de bedoeling dat de vrijwilligers naar oefenlocaties vertrekken om hun brandweervaardigheden te trainen. Maar de brandweer zou de brandweer niet zijn als een alarm geen roet in het eten gooit.

HUIZEN Het is vrijdagavond even voor half acht en de brandweervrijwilligers zitten in de kantine boven in de brandweerkazerne voor hun wekelijkse oefenavond. Brandweervrijwilliger zijn is volgens hen het allermooiste dat er is, maar het kost wel veel tijd. Tijd die ze er voor overhebben en die ze met liefde in hun vrijwilligerswerk stoppen.

Postcoördinator Fred Kos neemt het woord en neemt kort wat praktische info door. Eke vrijdagmiddag stuurt hij de vrijwilligers een nieuwsbrief, dus ze kunnen alles rustig lezen. Zoals de wegwerkzaamheden, die de vrijwilligers soms ook wel zorgen baren. Kunnen zij wel op tijd bij de kazerne zijn bij een alarmering? Er zijn nogal wat werkzaamheden in Huizen op dit moment. Op de oefenavond (vrijdag) komen alleen de allerbelangrijkste dingen nog even aan bod. Fred wijst de vrijwilligers bijvoorbeeld op de speciale app van de brandweer, waar sinds kort ook alle wegwerkzaamheden in staan. Verplichte kost, zeker voor de chauffeurs die moeten weten hoe ze om moeten rijden om toch snel ter plekke te kunnen komen.

Piepers

Net als hij ze een goede oefenavond heeft gewenst, gaan massaal de piepers af. De ploeg die dienst heeft verlaat snel de kantine om zich beneden in de remise bij de brandweerwagens aan te kleden en te vertrekken. Het alarm is gegeven voor een liftopsluiting aan de Kerkstraat. Gelukkig duurt dat niet al te lang en kan de dienstdoende brandweerploeg even later toch naar de oefenlocatie gaan.

Kluisje

De rest van de vrijwilligers gaat ook naar beneden en kleedt zich ook aan. Voor elke vrijwilliger is er een kluisje en hangt er een pak klaar. Na elke uitruk moeten ze ervoor zorgen dat ze alles netjes opruimen en bedrijfsklaar ophangen, zodat ze bij een alarmering snel weg kunnen. Op een bord staan vier ploegen ingedeeld. Er staat een nummer bij van de brandweerwagen waar ze zich moeten melden.

Warme training

Een van de ploegen moet naar het oefenterrein van de regionale brandweer voor een zogeheten 'warme training'. "Dat is een oefening waar echt een brand geblust moet worden. Een training zonder echt vuur is een 'koude'. Daar wordt bijvoorbeeld alleen met rook en knetterkasten gewerkt." Bij de oefenlocatie aangekomen, pakken de brandweermensen eerst daar in de remise een aantal zaken die ze nodig hebben. Om de brandweerhelmen te beschermen, dragen ze er voor deze gelegenheid een zwarte kap over. "Dat scheelt straks weer schoonmaken", licht Fred toe.

Opgestookt

Ondertussen wordt op de oefenlocatie het vuur in op elkaar gestapelde containers flink opgestookt met houten pallets en is er een speciale open haard aangestoken die ervoor zorgt dat er veel rook in de containers terechtkomt. Als de brandweerwagen van Huizen aan komt rijden is de waarnemer er klaar voor. Hij beoordeelt de brandweervrijwilligers ter plekke en spreekt meteen na afloop met hen hoe het is gegaan. Ook wordt er nog per vrijwilliger een formulier ingevuld waarop wordt aangegeven hoe ze het hebben gedaan. "Onze oefencyclus duurt ongeveer anderhalf jaar", vertelt Fred. "Dan is alles wat een brandweervrijwilliger zou moeten kunnen bij de trainingen aan bod gekomen." Mocht iemand moeite hebben met bepaalde onderdelen, dan wordt er gekeken of een extra training of opleiding nog nodig is.

Heet

Zodra de wagen tot stilstand is gekomen, stappen de vrijwilligers uit. De bevelvoerder loopt naar de waarnemer toe bij de oefenlocatie en probeert zo veel mogelijk informatie te krijgen over wat er is gebeurd en wat de ploeg kan verwachten. Ondertussen worden twee slangen uitgerold. "De dunne is voor water, de wat dikkere is voor schuim", legt Fred uit. "Het voordeel van schuim is dat het er direct voor zorgt dat de vlammen weg zijn en de temperatuur daalt ook meteen. Dat wil niet zeggen dat de brand al meteen uit is, maar het is een stuk aangenamer om in te werken. Met water kan de temperatuur blijven stijgen en dat betekent dat het soms zo heet wordt dat brandweermensen tussentijds weer naar buiten moeten om af te koelen." Hij legt meteen uit dat brandweermensen altijd in koppeltjes werken. "Dat is veilig. Als een van hen het te warm krijgt, moet de ander dus ook mee naar buiten."

Slachtoffers

Er is een deur direct naar de brandhaard op de begane grond. Daar zit echter een rood bordje op. "Dat betekent dat dit alleen een uitgang is." Daarom moet de ploeg met de waterslang een verdieping omhoog. Aan de reling bevestigen ze een handig hulpstuk om de slang in te bevestigen. Aan de andere kant van de locatie gaat de ploeg met het schuim wel op de begane grond naar binnen, maar die moeten via een schuine helling ook eerst naar de eerste verdieping. Ze moeten de brand blussen en ook nog eens twee slachtoffers redden.

Knielen

Het lijkt een eeuwigheid te duren, maar ineens komt het koppel dat met de waterslang naar binnen is gegaan met een pop naar buiten. Het eerste slachtoffer is gevonden. Daarna gaan ze weer terug. Een tijdje later gaat beneden de deur open en komt er weer een koppel met een pop naar buiten. Ze laten de deur openstaan. "Ventileren is vaak belangrijk als er veel rook is", zegt Fred. De brandweermensen knielen en kijken over de grond. "Rook gaat naar boven, dus zo kun je het meeste zien."

Zweet

Als de brand geblust is, is de brandweerploeg nog niet klaar. Al het materieel dat gebruikt is, moet weer netjes opgeruimd worden, zodat de brandweerwagen bij terugkomst weer klaar is voor een volgende uitruk. De bevelvoerder attendeert een van de brandweermensen erop vooral de helm af te doen. Het zweet staat op het gezicht van de brandweervrijwilligers. Het is hard werken en belangrijk is ook dat ze nu weer goed afkoelen.

Vakbekwaam

Tijdens de avond is er verderop op het terrein ook nog door een andere ploeg een koude training gevolgd. In Huizen is verder op de gemeentewerf en in de Meentkerk geoefend. Allemaal op verschillende brandweervaardigheden. "Het brandweerwerk bestaat grof gezien uit drie onderdelen: brand bestrijden, hulpverlening en ongeval gevaarlijke stoffen. Op de vaardigheden die hiervoor nodig zijn wordt getraind. Dat houdt onze medewerkers vakbekwaam."

Scenario

Binnen de brandweer zijn er oefenleiders die hiervoor zijn opgeleid. Zij krijgen het oefendoel mee en bedenken dan zelf een scenario en een locatie. "De inspiratie kan komen uit praktijksituaties die ze zelf hebben meegemaakt, maar ook uit de media." Naast de oefenleider zijn er een of twee waarnemers die de beoordeling doen. Zij stellen de lijst ook op, die vastgelegd wordt in het systeem.

Nieuwe mensen

Brandweer Huizen heeft op dit moment 37 vrijwilligers. Er zijn 6 blusploegen die om de zes weken zogeheten piketdiensten draaien en tijdens die dienst gealarmeerd worden en naar de kazerne moeten komen om uit te rukken. Het aantal vrijwilligers is nu al krap, daarom zoekt de brandweer nieuwe mensen. "Een opleiding duurt ook nog eens twee jaar, dus we moeten ook vooruitkijken. In januari start er weer een opleiding en we hopen dan genoeg aanmeldingen te hebben om straks ook nog voldoende vrijwilligers te hebben."

Wie belangstelling heeft kan zich melden bij postcoördinator Fred Kos via fred.kos@brandweergooienvecht.nl.

Het vuur is voor de oefening flink opgestookt.
Na afloop moet alles weer netjes worden opgeruimd.