Er is jeugdoverlast, maar aan de andere kant kan die jeugd nergens naartoe
Veiligheid is 'hot', bleek na de bijeenkomst dinsdagavond in Theater de Boerderij waar jong en oud vertegenwoordigd was en er tussen beide groepen soms felle discussies ontstonden.
huizen "Wordt er niet minder gemeld?", merkt een meneer op wanneer een gemeentevertegenwoordiger meldt dat het aantal woninginbraken en overlastmeldingen de laatste jaren afneemt. En vervolgens: "Ik ga niet naar buiten als daar drie jongens zijn." Direct stapt een van de aanwezige jongeren naar voren. "Ik snap uw zorgen, maar wat is de reden dat u niet durft. Hier is sprake van een vooroordeel."
Direct is de toon gezet en lijkt de veiligheidsbijeenkomst, een initiatief van de gemeente, een tweestrijd te worden tussen jong en iets minder jong. Vooral als iemand anders toevoegt dat hij al 48 jaar met veel plezier in Huizen woont, maar als hij buiten komt direct voor 'oude lul' wordt aangezien. "Dan rijden er drie of vier jongelui voor je op de fiets. Levensgevaarlijk. Ouderen worden daar heel onzeker van." En de reactie van een jongen: "Ik voel me hierdoor beledigd. Niet iedere jongere is hetzelfde."
Op dat moment kunnen de aanwezigen deelnemen aan een van de vier thema's: jeugd en veiligheid/overlast, woninginbraken, radicalisering en toezicht & handhaving. Gezien de discussie daarvoor lijkt dat eerstgenoemde thema even het meest interessant. Grote vraag is wat de samenleving kan doen tegen overlast. "Ik probeer altijd het gesprek met ze aan te gaan", zegt een vrouw. "Maar je maakt weinig kans."
Een van de jongeren reageert dat het van twee kanten komt. De jongeren laten zich niet altijd van hun beste kant zien, maar zij worden ook vaak op een agressieve manier benaderd. "En dan krijg je een dreigende sfeer." Dat beeld wordt bevestigd door een meneer. "Wij worden soms gek van sommige groepen jongeren. Dan krijg je een sfeer die niet goed is. Het één lokt het ander uit."
Natuurlijk komt jeugdoverlast niet alleen in Huizen voor. Maar wat kan er in Huizen gedaan worden om het probleem aan te pakken. "Toen ik jong was ergerde ik me al dat ik niets kon doen in Huizen", zegt een man. "Ik was 25 jaar weg, maar nu ik terug ben is er niets veranderd. Waar moeten de jongeren heen?"
Dat vindt ook een van de aanwezige meiden. Natuurlijk kunnen de jongeren in het weekend naar een 16-plusfeest in Hilversum, maar de laatste bus naar huis gaat al om 1.00 uur, zegt zij. En de plekken in Huizen waar ze nu naar binnen kunnen, gaan al om 22.00 uur dicht. Daarna staan de jongeren dus weer op straat. Bovendien, vult een jongen aan, blowen ze en drinken ze in Huizen veel meer dan u denkt. Hij pleit daarom voor een ruimte voor mensen die willen gebruiken, de wijkcentra zijn immers rookvrij.
Duidelijk is wel dat als de gemeente plekken voor jongeren creëert dit in samenwerking met de doelgroep moet worden gerealiseerd, is de conclusie. Maar waar zijn die jongeren? De bij de bijeenkomst aanwezige jongeren en ouderen kunnen elkaar wel vinden. "Maar de jongeren en ouderen die bang zijn om lastiggevallen te worden, zie je nu niet", is een terechte opmerking. Bovendien zouden veel mensen zich onveiliger voelen dan de cijfers laten zien.
Een minder felle discussie is er bij het thema radicalisering. Duidelijk wordt dat hier op straat weinig van wordt gemerkt. Wanneer een medewerker van de gemeente aangeeft dat Huizen al sinds 2013 een 'priogemeente' is als het gaat om de aanpak van radicalisering, blijkt dat velen niet weten wat dat inhoudt. Het probleem is ook nauwelijks zichtbaar. Toen in 2014 bleek dat twee gezinnen uit Huizen van plan zouden zijn om af te reizen naar Syrië om zich aan te sluiten bij terreurgroep IS, was er vooral verbazing. Sindsdien is het eigenlijk stil. Maar dat betekent niet dat het probleem verleden tijd is. Immers, het ontstond niet van de ene op de andere dag en dus verdwijnt het ook niet meteen. Mogelijke oorzaak ervan in Huizen is volgens sommige aanwezigen de grote verschillen tussen sommige buurten en er sprake is van 'grote verzuiling'.
Als het gaat om woninginbraken overheerst tevredenheid. Natuurlijk, het kan jarenlang impact op mensen hebben, maar de aanwezigen beseffen wel dat het aantal inbraken afneemt. Bovendien is de politie zeer alert, is de gedachte.
De eveneens aanwezige burgemeester Sicko Heldoorn is onder de indruk van de toch best grote belangstelling, die hij als 'verheugend' omschrijft. "En dat er zo veel jongeren waren, geeft aan dat zij wel degelijk betrokken zijn. En wat verder natuurlijk opvalt is dat de feitelijke cijfers een sterke verbetering laten zien, maar dat het veiligheidsgevoel daarbij achterblijft. Hoe dat komt, is moeilijk te zeggen. Het is goed om informatie via bijvoorbeeld buurtpreventie-apps te delen, maar te veel is ook niet de bedoeling. In die balans moeten we nog de sleutel vinden."
Dat veel van de aanwezigen geen idee hebben/hadden van de 'priogemeente' vindt de burgemeester niet zo erg. "Als je daar te veel de nadruk op legt, neemt het onveiligheidsgevoel alleen maar toe. Belangrijk is dat wij als instanties daar alert op zijn en blijven."