Drie generaties Diemer met dezelfde liefde voor de sport en De Zuidvogels.
Drie generaties Diemer met dezelfde liefde voor de sport en De Zuidvogels. Foto: Bob Awick

'Je begint met een balletje slaan langs het veld en zo groei je op met honkbal'

Ruim 50 jaar loopt de familie Diemer rond bij base- en softballvereniging De Zuidvogels. Een verhaal over trekken, gesneuvelde ruiten en balletjes slaan langs het veld.

HUIZEN Base- en softballvereniging (BSV) De Zuidvogels viert dit jaar het 50-jarig jubileum. Jaap Diemer is een van de zes oprichters. De liefde voor het honkbalspel is inmiddels overgeslagen op zijn zoon en kleinzoon. "Het is een familieclub, de meesten lopen hier al van kleins af aan", zegt de 76-jarige Jaap.

Het is echt honkbalweer: lekker zonnetje, weinig wind. Jaap en Ria Diemer zitten eerste rang achter het net te kijken naar het juniorenteam van De Zuidvogels waar zoon Björn coacht en kleinzoon Dim speelt. En hoe. De tweede oefenwedstrijd van het seizoen wordt gewonnen: 17-0.
Dankzij Ria, blijkt later op het terras. "Bedankt voor de Marsen, dat heeft echt geholpen", zegt Dim met een grijns. Ook het 'dreigement' van de coach hielp. "Vorige week verloren we. Pa heeft vandaag gedreigd dat als we niet rennend op zouden gaan dat we honderd push-ups moesten doen", zegt Dim. Zijn opa vult aan: "Het ziet er goed uit als je het veld in rent, zo imponeer je je tegenstander."
De boodschap is duidelijk: hier zit een fanatieke honkbalfamilie. De liefde voor het spel is groot. "Honkbal is een fysieke sport, maar het is ook een soort schaken", vertelt de 45-jarige Björn. "Een mindgame", vult de 17-jarige Dim aan. Jaap is al van jongs af aan gefascineerd door het spel. "Ik voetbalde en honkbalde in Amsterdam. Omdat die seizoenen elkaar overlapten, moest ik kiezen. Het werd honkbal. Bij elke bal die gegooid wordt ontstaat een andere situatie die weer om een andere reactie vraagt. Het is continu nadenken. In elke positie. Beetje op het honk 'trekken', alvast naar het volgende honk proberen te lopen om de tegenstander af te leiden."
In 1967 kwam Huizer Henk Vos op het idee om met vijf anderen, waaronder Jaap Diemer, een honkbalafdeling te starten bij voetbalclub De Zuidvogels. In een hoekje van het voetbalveld mochten ze wat lijnen trekken en konden de mannen gaan oefenen. De groep begon te groeien en honkballen op hetzelfde veld als de voetballers bleek niet te combineren en dus werd uitgeweken naar de hockeyvelden. "De ramen van de kantine zijn weleens gesneuveld. En ook sloegen we een bal een keer zo hard dat hij op de Bestevaer terecht kwam. Boven op een auto. Die automobilist had een enorme put in zijn autodak", lacht Jaap. Het was pionieren. "We trainden in de winter 's avonds in de lege en lage parkeergarage van Albert Heijn. Als je een bal te hoog wierp kwam hij net zo hard weer terug."

Familie

In de jaren tachtig verhuisde de club naar de velden aan de Meentweide. De vereniging heeft 250 leden: veelal familie van oud-leden. "Ik lag in de kinderwagen langs het veld. Toen ik vier was kreeg ik een knuppel en liep ik balletjes te slaan. Je groeide op langs de velden", zegt Björn. Voor hem resulteerde dat in vier jaar Jong Oranje. Bijzonder, omdat De Zuidvogels geen topsportclub is. "Het niveau ligt hoog, maar het doel is anders. Als ik verder had gewild had ik weg moeten gaan bij De Zuidvogels. Dat wilde ik niet." Ook zoon Dim heeft die ambities niet. "Ik ben hier gewoon om lekker te spelen met vrienden." Dat Zuidvogels-gevoel zorgt ervoor dat de club 50 jaar bestaat. "Honkbal is in Amerika een echt familiegebeuren. Hele families die naar het stadion komen. Dat is hier ook. Van de 250 leden hebben wij een vaste kern van 70 vrijwilligers. Zij zorgen voor perfecte velden. Ouders staan elk weekend langs de lijn, houden scores bij. Dat is belangrijk, anders redden we het niet", besluit Björn.