Pieter de Blois in 2011.
Pieter de Blois in 2011. Foto: Christian Pfeiffer

Een leven lang gefascineerd door het weer van de dag

Al was het nog zo droog en zacht en al scheen de maan die avond nog zo helder, bij ons gaat de datum 5 februari 2020 de boeken in als een donkere, sombere dag. Die avond overleed onze weerman Pieter de Blois (68). Met dit in memoriam bewijzen we hem de laatste eer.

HUIZEN - Als Pieter dit intro zelf nog had kunnen lezen, zou hij de redactie waarschijnlijk direct hebben gebeld: "De maan schijnt niet uit zichzelf. We zien de maan doordat de zon erop schijnt." Niet op een belerend toontje, want Pieter was de beminnelijkheid zelve.

Hij lepelde met groot gemak het ene na het andere natuurkundige feit en 'weerweetje' op. Een 'wandelende weerencyclopedie' noemde hij zichzelf en dat kan de redactie alleen maar beamen. De warmste Pasen? 'Die van 2011, toen was het 26.3 graden.' De mooiste maand juni? 'Juni 1970 met 14 zomerse dagen.' Het opmerkelijkste was: Pieter kende die weerfeiten uit zijn hoofd. Of misschien nog opmerkelijker: met zijn weersverwachtingen zat hij er zelden naast. "Ik ben er elke dag mee bezig", vertelde hij ons vorig jaar: "Als ik opsta, is doorgaans het eerste wat ik doe op de weerkaarten kijken en de apparatuur aflezen. Door alles te combineren met de parate kennis die ik inmiddels heb opgebouwd, kom ik dan tot een voorspelling."

Het begon in '61

Pieters fascinatie voor het weer ontstond toen hij een jaar of negen was, in een opvallend warme periode voor de tijd van het jaar. In schriftjes schreef hij de datum op en erachter of het zonnig was, zoveel graden, of er een stevige wind was. Later is hij fysische en sociale geografie gaan studeren. Maar een beroepsweerman is Pieter - hoe professioneel hij ook te werk ging - nooit geworden. Eén keer heeft hij gesolliciteerd bij Meteo Consult. Dat werd niets en eigenlijk vond hij het wel fijn dat zijn passie niet zijn werk werd. Hij werd docent aardrijkskunde en jurist bij de gemeente Amsterdam. Ook zette hij zich in voor kinderen voor wie de overgang naar het voortgezet onderwijs te groot is.

Helpen bij de Bijlmerramp

Ten tijde van de Bijlmerramp werkte Pieter bij de Sociale Dienst, afdeling Bijzondere Opdrachten. Bij calamiteiten kon hij opgeroepen worden. Hij woonde toen in Zuidoost. Uit een eerder interview: “Die zondag, 4 oktober 1992, had ik inderdaad een soort dreun gevoeld, maar dacht toen niet aan een neergestort vliegtuig. Ik zag vanaf mijn balkon al in de verte rookwolken, hoorde loeiende sirenes. De hele situatie was chaotisch. Ik moest naar de Bijlmer sporthal. Daar werden de mensen opgevangen. We moesten onderdak voor ze vinden. Ik moest vooral uitzoeken of de mensen die stonden ingeschreven in de Bijlmerflat daar ook echt hadden gewoond. Bij sommige woningen was een hele rits mensen ingeschreven. Het was een behoorlijk zware periode. Als je zelf in gesprek gaat met de mensen die in die flat hebben gewoond, dan raakt je dat. Als ik er nu over praat, krijg ik nog steeds een onbestemd gevoel.”

'Het eerste wat ik 's morgens doe is op de weerkaarten kijken'

Weerhut

Pieter is geboren in Vlaardingen, studeerde in Amsterdam en ging in 1982 wonen in het Gein in Amsterdam-Zuidoost waar hij de mogelijkheid had om op het balkon zijn eerste weerhut in te richten: "Met meters om de temperatuur, luchtvochtigheid, regen en luchtdruk te meten. Dat was in de tijd dat er nog geen computers waren."
Hij bleef daarbij niet onder de radar. In 1985 werd hij door Radio Weesp gevraagd om een weerpraatje te houden. Eerst eens per week, later elke dag. Dat is hij blijven doen tot in 2019, het jaar dat het radiostation stopte met uitzenden. Ook presenteerde hij elk kwartaal de seizoenenspecial op Radio Weesp. Daarin luidde hij samen met Monique Bense en Kees Smit het nieuwe seizoen in met bijpassende muziek, proza en poëzie. Na afloop gingen de drie dan meestal in Weesp uit eten. In 2010 begon zijn weerrubriek in het WeesperNieuws en de andere kranten van Enter Media volgden, waaronder het HuizerNieuws, nu het Nieuwsblad voor Huizen.

Het laatste weerbericht

Of hij nou met vakantie was of zich niet zo lekker voelde, Pieter verzaakte nooit of regelde zelf een oplossing. Op 28 januari schreef hij, vanuit het ziekenhuis nota bene, zijn allerlaatste weerbericht. We hoorden vorige week pas hoe slecht het ging. Het verklaarde waarom er voor het allereerst geen weerbericht van Pieter was binnengekomen. We hebben onder zijn naam zelf iets in elkaar moeten flansen. Mocht dat er faliekant naast hebben gezeten, dan treft Pieter geen enkele blaam.
Zon of regen, zomer of winter, het was Pieter allemaal even lief. Zijn fascinatie ging uit naar de weersextremen. Zo'n storm als Ciara had hij prachtig gevonden. Tegelijk maakte hij zich zorgen om de klimaatveranderingen, die juist tot die weersextremen kunnen leiden. "Global warming is wereldwijd gezien wel degelijk gaande. We moeten ons echt serieus zorgen gaan maken. Sinds het eind van de jaren tachtig is de gemiddelde temperatuur in Nederland over een heel jaar heel vaak meer dan 10 graden Celsius geweest, veel vaker dan daarvoor, en dat is echt niet voor niks."

Afbeelding